Volgend jaar wordt Bert Heerink niet alleen 65, maar is hij ook nog eens 50 jaar als muzikant actief! Hoog tijd dus voor een terugblik op de carrière van de zanger die we vooral kennen van de hits Burning Heart, Julie July & Panick Attack: van zijn eerste band Threshold in het begin van de jaren ’70 tot aan zijn nieuwe band Royal Flush.

In 1973 stond je voor het eerst voor een groot publiek op het podium, toen je met Threshold in Sarasani optrad. Die periode heb je ooit omschreven als ‘een muzikale boost’.

“Ja, dat vind ik nog steeds zo. Ik denk dat het vooral te maken heeft met de leeftijd, met de adrenaline. Als je dat nog nooit eerder gedaan hebt en voor een groot publiek speelt, dan krijg je extra adrenaline. Daar heeft het mee te maken. Dat blijft je bij. Alles is sprankelend en nieuw, niets is nog afgestompt. Alles is volkomen nieuw. Je moet het zien als je een jong hondje dat overal mee speelt en overal in bijt. Een nieuw jong leven… Dat voelt dan ook meteen als een boost en dat blijft het langst hangen. Alles wat daarna komt is ook heel erg mooi, maar gaandeweg, als je steeds meer succes krijgt en alles wordt verwezenlijkt wat je hebt, dan is het toch niet zo belangrijk als de allereerste keer dat je optrad voor een groot publiek. Toen ik Sarasani twee jaar geleden opnieuw met Jan Akkerman bezocht om daar te spelen, en ook met Threshold, toen viel me op dat de zaal waar we toen speelden eigenlijk maar een klein zaaltje was. Het kwam op mij over als een enorme zaal, maar er konden misschien 300 man in ofzo. Ik had altijd het gevoel van, nou we spelen elke avond wel voor minstens 2000 of 3000 man. Nee dus! Het was gewoon een boerderij met een deel, dat was het dan. Wat wel leuk was: we hebben natuurlijk alle Nederlandse topacts daar kunnen zien en ook in het voorprogramma van kunnen spelen. Ik heb veel geleerd.”

Het grote internationale succes kwam met Vandenberg. Nadat de platendeal met Atlantic Records was getekend, stonden jullie opeens in de studio van Jimmy Page in Londen het debuutalbum op te nemen!

“Ik kwam net uit de fabriek en dan kom je daar… Dan ontmoet je de man zelf ook, hij kwam kijken. Dan is het toch wel heel eigenaardig om op dat moment dan daar te staan. Eigenlijk was het maar goed ook dat hij wegging voordat we op gingen nemen, want dat had ik toen waarschijnlijk niet getrokken. Dan was ik behoorlijk nerveus geweest, haha! Maar als ik het op deze leeftijd bekijk en nu naast hem zou staan, dan had ik rustig kunnen zingen. Dat is toch anders. Maar ik was toen een stuk jonger. Wie had dat kunnen denken? En dan ook nog met Atlantic tekenen, waar Ray Charles en de allergrootste sterren bij zitten. En daar zit jij dan ook tussen, weet je wel? Dat is wel eigenaardig.”

“het is mooi als je succes hebt, maar als het afgelopen is dan is er nog steeds een leven.”

Vandenberg heeft in Amerika getourd als voorprogramma van Ozzy Osbourne en KISS. Ik heb begrepen dat de onderlinge band met Ozzy een stuk warmer was dan met de mannen van KISS?

“Ja, dat was een wereld van verschil. Omdat het Ozzy was hadden we met de eerste tournee heel veel geluk. Dat is bewust door de platenmaatschappij gedaan, omdat ze wisten dat hij een vrij zachtaardige en collegiale man was. En omdat wij voor het eerst in Amerika tourden wilden ze ons niet meteen koppelen aan een band die al gehard was. Ozzy is niet gehard omdat hij gewoon niet zo in elkaar zit. Het is een tiener in een mannenlichaam. Dat is Ozzy Osbourne. Dat kun je ook aan zijn ogen zien. Je kijkt gewoon in de ogen van een lief mens. Dat was ons voordeel: we kregen volledige soundchecks, we zijn een week lang met zijn bus meegereisd omdat de onze kapot was, hij vertelde ons prachtige verhalen uit de Black Sabbath-tijd… Hij bewaarde ook alle beelden van de zalen waar we optraden, want er stond altijd een dominee met een bijbel te zwaaien dat je niet naar binnen moest, want de duivel was aanwezig! Ozzy zei toen: Dat is wel vreemd, want ik neem altijd afscheid met May God bless you all. Ze hebben geen concurrentie, maar eigenlijk een medestander… Maar we hebben een geweldige tour met Ozzy gehad. Dat was ons geluk.”

In Japan heeft Vandenberg tweemaal als headliner getourd. Waarom waren jullie daar zo populair?

“Dat zal iets met het blonde haar te maken hebben gehad, haha! Er speelden zoveel bands daar. We waren echt niet de enige, hoor. Maar het viel wel op dat de big hair bands daar erg groot waren.

0eb62dc0-5f82-012d-24a3-0050569439b1

In Japan is zelfs nog steeds een Vandenberg-tributeband actief: Burndenberg…

“Ja goed… Japanners zijn erg goed in het nabootsen van dingen. Dat kunnen ze fantastisch. Als professionele band is het geweldig om daar te spelen, omdat de zaken daar altijd goed voor elkaar zijn. Het is heel professioneel. Geen snoertje lag verkeerd, alles was voor elkaar. Voor een muzikant helemaal te gek. Ik heb ook van het land zelf wat kunnen zien. Hoewel ik hier en daar vermomd de straat op moest, want we waren toch wel behoorlijk bekend daar. Maar een mooie tijd in Japan, geweldig.”

Na je vertrek uit Vandenberg en een korte periode in de band Picture ging je weer in de fabriek aan de slag. Was dat een moeilijke overstap voor jou?

“Twee dagen en ik was het weer gewend. Nee, geen enkele moeite. Ik kom natuurlijk ook uit een gewone arbeidersfamilie die me met beide benen op de grond heeft gehouden.  En ja, in de Achterhoek is het sowieso wel een beetje met de beide pootjes op de grond. De enige opmerking die ik vanuit de fabriek kreeg toen ze me rond zagen lopen was: Verrek, kom je de fabriek opkopen? Ik zeg: Nee, ik kom met jullie meewerken. Haha! Iedereen kon daar hard om lachen. Sterker nog, als Burning Heart op de radio was keken ze me allemaal aan, zo van: Vind je dat dan niet erg? Nee joh, ik heb het toch hartstikke naar mijn zin met jullie. Ik heb het een beetje zo gehouden. Natuurlijk voel je dat wel, maar aan de andere kant… Het leven is betrekkelijk. Je bent soms hier en soms daar. Het hoort allemaal bij het leven. Het is mooi als je succes hebt, maar als het afgelopen is dan is er nog steeds een leven.”

In 1995 werd je benaderd om een aantal nummers voor de Heineken-reclame in te zingen. Van het album Storm na de stilte dat daaruit voortkwam werden meer dan 250.000 exemplaren verkocht. Was je verrast door dit onverwachte succes?

“Ja, dat is belachelijk veel natuurlijk. In deze tijd worden platen helemaal niet meer verkocht. Wat ik wel wist was dat, toen we de plaat aan het opnemen waren en Heineken dat allemaal hoorde, er een grote boost aan zat te komen. Ik kreeg natuurlijk de reclame en de tv mee, constant de hele dag maar door. Een betere airplay kun je natuurlijk niet hebben. En ik had natuurlijk niet de eerste de beste mensen om me heen: Jaap Eggermont en Martin Duiser, de beste studiomuzikanten van Nederland, de beste zangers en zangeressen hebben daar aan meegewerkt, tekstschrijvers hebben zich daarop gestort… En het is goud geworden. Vijf keer goud zelfs.”

R-599984-1360889924-9525.jpeg

Je hebt door de jaren heen met verschillende bands en muzikanten samengewerkt: Kayak, Noord Nederlands Orkest, My Brainbox, Pink Floyd Project… In welke zin heeft die diversiteit jou als zanger beïnvloed?

“Door die diversiteit kan ik heel veel stijlen doen, maar kan ik toch mezelf blijven, mijn eigen geluid. Dat verlies je eigenlijk nooit.”

Is er een bepaalde stijl die het dichtst bij jou ligt?

“Ja, ik denk het wel. Als ik naar die oude zanger van Uriah Heep luister, David Byron, dan kom ik daar wel een beetje in de buurt. Dat hoop ik.”

In het begin van je carrière speelde je met Threshold nummers van Brainbox, niet wetende dat je jaren later met Jan Akkerman in My Brainbox zou optreden!

“Dat klopt. Ja, ik maak wat mee hoor! Het is wel heel mooi. Het valt allemaal een beetje in elkaar. Maar dat ligt natuurlijk ook een beetje aan mezelf, want ik heb Jan leren kennen tijdens de Queen Tour, met het orkest van de Nederlandse luchtmacht. Daar ben ik bewust die nummers met hem gaan zingen. Ik had hem al vaak zien spelen natuurlijk, en hem af en toe in de kleedkamer opgezocht. Hij stond ons dan altijd netjes te woord. Met het eerste bandje gingen we Focus opzoeken en dan kon je, als het optreden afgelopen was, gewoon de bühne op als ze aan het opruimen waren en vragen: Jan, op wat voor soort snaren speel je eigenlijk? Nou, dan ging hij dat uitleggen… Moet je nagaan, vroeger ging je gewoon het podium op! Niemand was bang. Er was ook helemaal niks aan de hand, er gebeurde ook nooit wat.”

Je doet binnenkort mee aan de Nederlandse musicalversie van War of the Worlds. Naast zanger ben je in de musical ook actief als verteller, waarbij je veel tekst uit je hoofd moet leren.

“Negen maanden lang, zeven dagen per week. En dan zit het. Constant stampen.”

Is het een andere manier van tekst leren dan als zanger?

“Ja, heel anders. Vertellen is toch heel anders dan zingen. Je kunt je nergens aan vasthouden. Muziek gaat door, maar muziek kan je ook aanjagen in het vertellen. Dat moet juist niet. Je moet het rustig vertellen. Je moet daar staan en je moet je tempo zelf bepalen. En je moet acteren, natuurlijk. Dat viel even tegen maar het gaat goed.”

“weet je, eigenlijk ben ik blij dat ik er nog ben.”

Een ander nieuw project waar je nu mee bezig bent is de band Royal Flush, met gitarist Wilco van Beek, toetsenist Peter Jan Kleevens, bassist Arco Bommer en drummer Arno te Loo. Hoe is die band tot stand gekomen?

“Dat weet Irma nog beter dan ik.” [Bert’s partner/manager Irma neemt het woord] “Arco en Arno hebben mij twee jaar geleden gebeld, zo van: We hebben een idee over een band. Het moet iets gaan worden in de richting van Journey en Foreigner. We denken dat alleen Bert dat geluid kan brengen. Is dat iets om over na te denken? Nou, eerst met elkaar besproken. Wil je überhaupt nog een nieuwe band opstarten? Want ja, je bent wel bijna 65. Maar als het de Foreigner- of Journey-kant op gaat, zei Bert: Dat wil ik wel proberen. In dat kader zijn we heel snel bij elkaar gekomen. We hadden eerst een andere bandsamenstelling gehad, maar dat was passen en meten, studiowerk… Toen bleek dat twee mensen toch niet hetzelfde gevoel kregen bij de muziek als dat de bedoeling was. Toen werd er gewisseld en hebben we vorig jaar de teaser opgenomen. Wij zijn daar zelf heel actief in. Bert doet de melodielijn en ik de teksten. De andere muzikanten komen met hun partijen en wij worden geacht daarin de melodielijn en de teksten te gaan zoeken. De liedjes zijn allemaal geschreven door Royal Flush. Dat was ook hun voorstel: We doen het met z’n allen of we doen het niet. En toen zei Bert ook gelijk: Dan doe ik het, dan ga ik met die jongens in zee.”

Wanneer kunnen we het debuutalbum van Royal Flush verwachten?

[Irma] “We streven naar een EP met vier nummers op 4 december. Richting eind december, half januari, nog voor Bert 65 is, is het album klaar.”

B82611764Z.1_20130327085818_000+GQ1B7JBO.1

Wie gaat het album produceren?

[Irma] “Daar mogen we niets over zeggen… “ [Bert] “We hebben een gesprek gehad met Stuart Epps, dat mag je wel weten. Dat is de oude producer van Vandenberg. Stuart is overgekomen vanuit Engeland, ik had hem al meer dan 35 jaar niet gezien. Met de hele band hebben we met hem gegeten en gesproken, maar na een lang gesprek zaten we niet op een lijn. Dan moet je ook gewoon als goede vrienden uit elkaar gaan. We kwamen er niet uit.”

 Je zei ooit over je zangcarrière: Het is keihard werken, elke dag weer. Hoe hou je het vol om al die projecten te blijven doen?

“Soms ben ik gewoon moe, zoals nu. Tja, dat is dan zo… Dat is toch inherent aan je leeftijd. Maar ik probeer elke dag wel te repeteren en mijn stem op peil te houden. En toch met allerlei nieuwe dingen aan de gang te gaan want dat houdt je geest fris.”

2018 wordt een bijzonder jaar voor je: op 26 januari wordt je 65 jaar en zit dan 50 jaar in het artiestenvak. Terugkijkend op je carrière, wat was voor jou het absolute hoogtepunt?

“Dat is lastig… Weet je, eigenlijk ben ik blij dat ik er nog ben. Ik ben blij dat ik leef. Dwars door alles heen, dat ik nog steeds mag leven. Dat ik het allemaal nog mag doen.”

Zijn er ook momenten waar je spijt van hebt of die je anders had willen doen?

“Spijt is een slechte emotie. Spijt heeft geen zin want je hebt het allemaal al gedaan. Maar als ik het overnieuw mocht doen, wat nooit kan, dan zou ik toch wel bepaalde dingen anders doen. Maar dat heeft denk ik iedereen, daar ben ik niet de enige in. Ik zou altijd wel dingen anders hebben gedaan. Misschien heb ik mensen soms ook wel pijn gedaan, als ik er bij stil sta. Ik ben nooit bewust bezig geweest om mensen pijn te doen, maar ik zou onbewust best mensen pijn hebben gedaan. Maar wie niet? Ik ben redelijk tevreden met mijn leven, hoe het gegaan is. En natuurlijk, on the way, waar gehakt wordt vallen spaanders. Zo gaat dat nou eenmaal. Maar ik hoop dat iedereen om mij heen, mensen van wie ik hou, allemaal gelukkig zijn. Meer kan ik niet wensen.”

Je doet in 2018 een aantal jubileumoptredens, de Golden Heerink Tour. Wat kunnen we daarvan verwachten?

“Het zullen niet veel optredens worden, we willen het bewust een beetje klein houden want dan blijft het ook leuk. Maar we zullen wel met alle artiesten gaan werken die we uitgenodigd hebben. Naast Jan Akkerman als special guest komen er nog heel wat andere muzikale vrienden meespelen en meedoen met wie ik nu nog werk of mee heb gewerkt. Het wordt een feest van herkenning!”